modulair
Rubriek: Vijf vragen aan
Leestijd: 2 min | Tekst: Femke Kools | Fotografie: Peter Strelitski
Onderzoek Drugs Monologen
Vijf vragen aan Gemma Blok
04
Drugsgebruik kent vele vormen en achtergronden. In het maatschappelijk debat domineren stereotypes, terwijl niet iedere gebruiker een verslaafde is aan de rand van de samenleving. Het kan ook een kortstondig iets zijn, in het kader van een persoonlijke zoektocht, weet professor Gemma Blok uit eigen ervaring. Met haar onderzoeksproject Drugs Monologen wil ze de veelzijdigheid van drugsgebruik in Nederland in kaart brengen. Het komend jaar hoopt ze met haar team zoveel mogelijk ervaringsverhalen te verzamelen om de diversiteit een gezicht te geven.
Hoe is het onderwerp drugsgebruik op je pad gekomen?
‘In mijn eigen leven was dat in mijn studententijd. Ik groeide op in het niet zo spannende Capelle aan den IJssel. Via mijn studievrienden ging de wereld van LSD, paddo’s en cannabis voor me open. Over het algemeen waren dat positieve ervaringen, die mijn persoonlijke ontwikkeling ondersteunden. Mijn wetenschappelijke carrière draaide aanvankelijk om psychiatrische onderzoeksthema’s, waarin drugs ook vanaf het begin een rol speelden. Langzaam maar zeker groeide mijn fascinatie voor dat thema. Ik onderzocht de heroïne-epidemie en daarna de open drugs-scenes in Europese steden. Zo raakte ik steeds meer geïnteresseerd in de persoonlijke verhalen van gebruikers, die vaak niet gehoord worden.’
Drugs Monologen is een samenwerking van de Open Universiteit en het Poppi Drugs Museum. Het is een historisch onderzoeksproject gefinancierd door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Drugs Monologen onderzoekt de drugsgeschiedenis van Nederland vanuit het perspectief van mensen die zelf middelen gebruikten. Welke betekenis hadden drugs in de context van hun leven in die tijd? Hoe was de opkomst van de drugsculturen waar zij deel van uitmaakten verbonden met maatschappelijke ontwikkelingen als individualisering en secularisatie? Bij het beantwoorden van deze vragen staan ervaringsverhalen centraal. Projectleider Gemma Blok is hoogleraar in de geschiedenis van mentale gezondheid en cultuur aan de Open Universiteit.
Wat is de meerwaarde van het persoonlijke ervaringsverhaal in onderzoek?
‘Drugsgebruik speelt en speelde zich vaak af in het verborgene. Ervaringsverhalen bieden inzicht in de vraagkant van dit fenomeen. Waarom gebruiken mensen? Wat bracht het hen? Door die verhalen te koppelen aan maatschappelijke ontwikkelingen, krijg je zicht op het bredere, meer diverse verhaal. Dat is veelzijdiger dan de ‘junks’, ‘yogasnuivers’ of ‘feestbeesten’ waarover je in de media hoort. We willen drugsgebruik niet romantiseren of aanmoedigen, maar ook niet verketteren of afkeuren. Ons doel is drugs als fenomeen beter begrijpen in zijn historische context. We denken dat juist ook ervaringskennis het gepolariseerde drugsdebat vooruit kan helpen.’
Hoe willen jullie die verhalen gaan verzamelen?
‘Dat is de grote uitdaging van dit project. We hopen dat mensen bereid zijn om hun eigen drugs-ervaring met ons te delen; van af en toe een joint roken tot verslaving aan harddrugs en alles er tussenin. Ze kunnen hun verhaal delen via de website, of via onze app . Ze mogen het inspreken of schrijven, anoniem als ze willen. We gaan ook workshops organiseren om actief verhalen op te halen bij mensen. Minimaal willen we honderd persoonlijke ervaringen ophalen, maar liefst nog veel meer.’
‘We hopen dat mensen bereid zijn om hun eigen drugs-ervaring met ons te delen’
Welke concrete output kunnen we verwachten van Drugs Monologen?
‘Behalve een podcast en een uitgebreide analyse van de ervaringsverhalen, die we proberen te koppelen aan de recente Nederlandse geschiedenis, schrijven we ook een artikel over dit onderzoek. Het is een pilot, om op deze manier ervaringsverhalen wetenschappelijk te verzamelen, dus dat wordt ook beschreven in een artikel. Daarnaast geven we adviezen aan beleidsmakers die hopelijk ook gaan helpen om het stigma op drugsgebruik te doorbreken. Ik hoop dat we zo een steentje bijdragen aan een genuanceerder beeld van drugsgebruik.’
Welke advies kun je jongere collega’s en studenten meegeven?
‘Volg je eigen interesses! Ik hoor weleens van studenten: ‘Eigenlijk wil ik dit onderwerp graag onderzoeken, maar is dat wetenschappelijk genoeg?’ Het moet vernieuwend zijn en aan een bepaalde academische standaard voldoen, maar twijfel verder niet te veel of iets interessant genoeg is. Bij die interesse zit de grootste motivatie en dat levert vaak heel goed werk op.’

Gemma’s wens voor de 40-jarige Open Universiteit
‘Ik wens de Open Universiteit een nog grotere bekendheid bij het publiek, als emancipatorisch instituut. Wat ooit begon als ‘tweede kans universiteit’ is nu een laagdrempelige universiteit voor iedereen die wil proberen op dit niveau te studeren, met een goede begeleiding daarbij. Mensen met een grotere afstand tot de onderwijsmarkt kunnen zo hun kans grijpen en die rol is zo mooi! Daarvoor zou de Open Universiteit zich best nog wat meer op de borst mogen kloppen.’